Moeder groef een gat in de tuin. Eerst dachten we dat ze daar haar overmaatse palmboom in zou droppen, maar moeder had een ander plan. Moeder groef een gróót gat in de tuin. Af en toe namen we een kijkje door het keukenraam: zo zagen we het gat stilaan een heuse krater worden.
Helemaal vreemd werd het toen moeder in de krater ging zitten. Ze stond echter snel weer op, klopte het vuil van haar broek en liep naar binnen om wat spulletjes bij elkaar te grissen. Zo nam ze de pop-uptent van mijn broer in beslag. Die was in slechte staat van een festival naar huis weergekeerd. Moeder had de tent liefdevol opgelapt met de letterlijke kleurrijke lapjes liefde. Even later keerde ze terug naar buiten om de tent aan te kleden. Een extra zeil, een deken, enkele kussens.
De veelkleurige lapjestent prijkte nu triomfantelijk in onze tuin. Op enkele meters van de rozenstruiken, het tuinhuisje en de tuinmeubels die vader te laat overdekt had om ze te beschermen tegen winterse invloeden.
Moeder zat verscholen in de tent. We hoorden ze lachen, zingen en dansen achter de lapjes stof. Broer porde vader aan. Vader porde mij aan. Moesten we niet gaan kijken of moeder zich wel goed voelde? De mannen in huis vonden dat die zware taak het best aan mijn capabele handen kon worden toevertrouwd. Echt gelukkig was ik niet met deze nieuwe rol, maar mijn nieuwsgierigheid nam de bovenhand en dreef me naar buiten. Mijn mama zat daar middenin de tuin in een aftandse pop-up tent.
Waren haar stoppen doorgeslagen of moest ik haar het voordeel van de twijfel geven?
Misschien had ze wel een goede reden om het verzorgde uiterlijk van onze genereuze stadstuin om zeep te helpen?
Vader en broer stonden ongeduldig in de keuken te wachten op nieuws van het vrouwelijke front. Ik had mijn tijd genomen om met mama te praten, met haar te overleggen en naar haar te luisteren. Had het enkele minuten langer geduurd, dan had mijn vader de politie gebeld. Gelukkig keerde ik net op tijd weer om verslag uit te brengen.
Mama wilde een eigen plekje. Mama wilde haar hoogsteigen mama-cave.
Thuis had ze het geprobeerd, maar alle ruimtes waren ingenomen. Haar allerliefste bubbel overheerste en domineerde het huis. De enige beschikbare plek was de berging met de strijkplank, maar dat was een no-go. “Zeg nu zelf, meisje, zou jij daar genoegen mee nemen?”
Ik kon ze geen ongelijk geven. Als matriarch had ze recht op een mooi plekje om zich in terug te trekken en te herbronnen. Vader had zijn bureau. Broer had zijn muziekstudio met mezzanine. Daar stond het tweedehands kingsize bed waar hij voor gespaard had, zodat ook zijn zogenaamde groupies bij hem konden overnachten.
Ik had mijn kamer heringericht tot slaapkamer/atelier, inclusief tekentafel en schildersezel, onder het natuurlijke licht van een dakraam met rolgordijn.
En ons moeder? Mama had niets… Ze had het hele huis en toch was er geen enkele ruimte echt van haar. Daarom claimde ze de tuin, in de aftandse, opgelapte pop-uptent van broerlief.
Tuurlijk was het vreemd, maar mag ik even eerlijk zijn?
Ik heb ze nog nooit zo gelukkig gezien.
Lieve mama, rock on!
De slaapzak en radio komen eraan.
Dit verhaal eindigde op een 2de plaats in de verhalenbundel van Den Hopsack, ten voordele van Payoke.